Buitenlandse avonturen van WTC Nissorap.

7-10 september 2000: Mont Ventoux


Bekijk ook het fotoboek van onze ventoux-reis
Lees ook de persoonlijke verhalen van: Warre
Warre
Pit
Pit
Raf
Raf
en het algemeen reisverslag van: Danny
Danny

Persoonlijk reisverslag door Fre     Fré

"Een tweede Ventoux-perspectief: kort, maar plastischer beschrijvingen vind je bij mijn collega's."

"De beklimming verloopt geleidelijk, de eerste kilometers kan je nog nauwelijks van klimmen spreken, eerder vals plat, we vliegen dan ook naar de echte voet van de klim. Een bocht naar links en dan plots andere koek. Een stuk boven de 6 % procent. Met zijn drieën blijven we een tijdje bij elkaar. Ik voel dat mijn ademhaling niet normaal is, ik kan het tempo van 11 per uur niet houden. Ik moet de Pit eerst laten gaan, wat later is ook de Warre gevlogen."

"Enkele minuten strijd ik alleen en vraag me af wat er gaande is. Ik heb waarschijnlijk teveel gegeten en gedronken en het bloed concentreert zich boven het zadel in plaats van eronder. Ik probeer 10 per uur aan te houden, de lastigste stukken komen eraan. Panikeren heeft geen zin, luisteren naar je lichaam is het enige wat telt. De bochten volgen elkaar op met prachtige ronde rotsblokken en de geur van naaldbomen. Op de flanken van de Ventoux kan je nu genieten van een uniek bosbouwkundig experiment: enkele decennia geleden heeft men hier een heus bos van Atlasceders geplant, een soort die enkele honderden kilometers zuidelijker in het Atlasgebergte inheems is. Ik zie enkele van deze bomen langs de weg. Verder valt vooral de stilte en het heerlijke weertje op: windstil en geen zuchtje wind."

Onderweg "Uit de achtergrond komt Raf te voorschijn, even vragen waar de rest zit, ik spoor hem aan om naar de volgende bocht te kijken en de Warre te pakken. Ook hij laat mij eenzaam achter in mijn strijd. Zo gaat het nog enkele kilometers verder. Kilometer 10 en Chalet Reynard komen in zicht. Ik probeer of het me nu nog niet beter afgaat. Ik ga recht op de trappers en test even mijn ademhaling en hartslag, wonderwel ga ik in één klap zonder problemen naar 15 per uur. Ik probeer deze cadans aan te houden en het is alsof ik weer vernieuwde krachten heb opgedaan."

"Ik zie nog niemand voor me uitrijden, maar ik ga er nu fors tegenaan. De boomgrens komt in zicht en heel in de verte zie ik iemand van de onzen strijden. Nog een kilometer verder krijg ik de Warre in het vizier, en nog een kilometer verder rij ik hem voorbij waarbij hij een vloek laat en zich luidop afvraagt waar ik vandaan kom. Ik ga op weg naar het volgende slachtoffer, en ook de Raf moet eraan geloven. Ik vraag of alles OK is, en ik meen een stervenskreun te horen en dan hop naar de Pit. Ongeveer een kilometer voor de top moet ik hem te pakken hebben gekregen."

"Een uur en bijna éénenvijftig minuten na de start in Bédoin is de beklimming voor mij afgelopen, een goede minuut later komt de Warre eraan met in zijn spoor Pit en even later de Raf. Als ik mag geloven wat mijn kameraden in hun verslag hebben geschreven moet ik in de buurt van Chalet Reynard ongeveer 1 kilometer achtergelegen hebben op de koploper van het moment, de Pit. Ik begin stilaan te geloven dat ik ook een diesel ben. De explosiviteit is er wat af, de uithouding wordt er alleen maar beter op. Misschien zitten mijn winterse looptrainingen er ook wel voor iets tussen. Een ervaring die verschillende joggers hebben opgedaan: hoe meer je op uithouding traint, hoe meer je aan explosiviteit inboet."

"Moraal van het verhaal: een klim als de Mont Ventoux heeft altijd verrassingen in petto. Je leert jezelf nergens beter kennen dan wanneer je tegen je limiet aanzit. Het lijkt een muur die je niet kan slopen, hoe erg je het ook zou willen. Ik maakte achteraf ook de bedenking dat de basis van je fysische prestaties voor een groot stuk in je tienerjaren wordt gelegd. De inhoud die je dan opbouwt, daar pluk je de rest van je leven de vruchten van. Soms heb ik er spijt van dat ik toen niet harder voor mezelf ben geweest. Tenzij je een natuurtalent bent, kost het bloed, zweet en tranen."

"Natuurtalenten zijn zeer dun gezaaid en is het bijvoorbeeld niet toevallig dat een Lance Armstrong tot zoveel in staat is. Hij is in zijn vroeger leven nog triatleet geweest en zijn enorme wilskracht en fysisch vermogen hebben hem in staat gesteld om niet alleen de Mont Ventoux te overwinnen, maar ook kanker. Ik geniet met zovele anderen met volle teugen van deze sport, en ik hoop dat nog lang te kunnen. De Mont Ventoux is straffe kost, en dat zal niemand die hem ooit heeft beklommen, ontkennen ... "

"Onvoorstelbaar dat profs hier met een gemiddelde van 20 per uur naar boven rijden en wij maar kraken en zweten bij 11 à 12 per uur. En dan hadden we nog geluk dat de omstandigheden ideaal waren. We zullen de reus altijd als referentie kunnen gebruiken en er onze komende huzarenstukjes aan afwegen. We kunnen er moreel uit putten als we het moeilijk hebben op andere beklimmingen. En die momenten en beklimmingen zullen zeker nog komen!"

- de Fre -